Beleid ten aanzien van lokale heffingen
Onroerendezaakbelasting (OZB)
De OZB wordt geheven van onroerende zaken, die binnen de gemeente zijn gelegen. Dit omvat een gebruikersbelasting en eigenarenbelasting op niet-woningen (dit zijn vooral kantoor- en bedrijfspanden) en een eigenarenbelasting op woningen. Voor 2018 heeft de gemeenteraad de volgende tarieven vastgesteld:
Tarieven | ||
Omschrijving | 2017 | 2018 |
Heffingseenheid: percentage van de waarde | ||
Woningen: | 0,0964 | 0,0935 |
Niet woningen - eigenaar: | 0,1864 | 0,1876 |
Niet woningen - gebruiker: | 0,1495 | 0,1500 |
De berekening van de OZB-tarieven wordt gedaan aan de hand van de door de raad goedgekeurde methode. De tarieven voor de onroerendezaakbelastingen (OZB) worden berekend naar een percentage van de WOZ-waarde van het onroerend goed in de gemeente. Bij het bepalen van dit tarief wordt een relatie gelegd met de waardeontwikkeling van het onroerend goed. Ten opzichte van 2017 hebben de OZB-tarieven voor woningen een kleine verlaging ondergaan.
De tarieven voor de niet-woningen zijn in 2009 extra verhoogd met 25%. De opbrengst van die verhoging is bestemd voor de voeding van de bestemmingsreserve 'Verkeersinfrastructuur Drechterland'. Deze verhoging heeft een tijdelijk karakter en loopt af in 2018.
Toeristenbelasting
Deze belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen. Het tarief bedraagt in 2018
€ 1,07 per overnachting.
Forensenbelasting
Forensenbelasting wordt geheven van degene die voor zichzelf of voor zijn gezin meer dan 90 dagen per jaar een gemeubileerde woning beschikbaar houdt zonder de gemeente als hoofdverblijf te hebben. Onder gemeubileerde woningen vallen ook zomerhuisjes, chalets en caravans. Het tarief voor de forensenbelasting is voor 2018 vastgesteld op € 240,50 per woning per jaar.
Rioolheffing
De rioolheffing wordt geheven van de eigenaar van een eigendom van waaruit afvalwater direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd. De uitgangspunten voor de heffing zijn het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2016-2021 (vGRP) en volledige kostendekking. Voor 2018 wordt het basistarief berekend op € 156.
De rioolheffing mag maximaal 100% kostendekkend worden opgelegd.Het percentage kostendekkendheid is in 2018 100%.
Hieronder vindt u een overzicht met betrekking tot de kostendekkendheid van de riolering:
2018 | |
Kosten riolering | 1.146.000 |
Inkomsten riolering (exclusief heffingen) | 71.000 |
Netto kosten riolering | 1.075.000 |
Toe te rekenen kosten: | |
Bijdrage SED (overhead) | 62.000 |
BTW | 182.000 |
Totale kosten | 1.319.000 |
Opbrengst heffingen | 1.319.000 |
Dekking | 100% |
Afvalstoffenheffing
De tarieven voor de afvalstoffenheffing zijn afhankelijk van de kosten die de Huisvuilcentrale (HVC) in Alkmaar aan de gemeente in rekening brengt. Met HVC is overeengekomen dat de kostprijs per huishouden met een jaarlijkse indexering wordt aangepast voor de tariefstelling op lokaal niveau. In het kader van kostendekkendheid worden aan de afvalkosten de kosten van administratie en inning (de zogenaamde perceptiekosten) toegevoegd. Tevens wordt rekening gehouden met de doorwerking van het BTW-compensatiefonds.
De tarieven voor de afvalstoffenheffing zijn in 2018 verhoogd en bedragen respectievelijk € 285 en € 386 voor eenpersoons- en meerpersoonshuishoudens.
Afvalstoffenheffing mag maximaal 100% kostendekkend worden opgelegd . Het percentage kostendekkendheid is in 2018 96%.
Hieronder vindt u een overzicht met betrekking tot de kostendekkendheid van de afvalstoffenheffing:
2018 | |
Kosten afvalinzameling | 2.411.000 |
Inkomsten afvalinzameling (exclusief heffingen) | 0.000 |
Netto kosten afvalinzameling | 2.411.000 |
Toe te rekenen kosten: | |
Bijdrage SED | 0 |
BTW | 506.000 |
Totale kosten | 2.917.000 |
Opbrengst heffingen | 2.797.000 |
Dekking | 96% |
Leges
Leges zijn betalingen aan de gemeente waar een individueel aanwijsbare tegenprestatie van die gemeente tegenover staat. Het gaat om een bedrag dat betaald moet worden aan de gemeente voor het gebruik van haar diensten of producten. De leges worden geheven van de aanvrager van de dienst dan wel van degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.
De leges mogen per titel maximaal 100% kostendekkend zijn. Hieronder vindt u een overzicht met betrekking tot de kostendekkendheid van de leges:
Titel 1 Algemene dienstverlening | Taakveld | Overhead | Kosten | Baten | Dekking | ||
hoofdstuk | 1 | Burgerlijke stand | 6 | 5 | 11 | 8 | 69,42% |
hoofdstuk | 2 | Reisdocumenten | 167 | 63 | 229 | 201 | 87,50% |
hoofdstuk | 3 | Rijbewijs | 73 | 43 | 115 | 100 | 86,50% |
hoofdstuk | 4 | Verstrekkingen uit de basisregistratie personen | 13 | 13 | 26 | 13 | 51,28% |
hoofdstuk | 9 | Overige publiekszaken | 12 | 2 | 15 | 12 | 86,03% |
hoofdstuk | 16 | Kansspelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 13,43% |
hoofdstuk | 18 | Kabels en leidingen AVOI | 12 | 6 | 17 | 11 | 65,71% |
hoofdstuk | 19 | Verkeer en vervoer | 11 | 4 | 16 | 3 | 16,30% |
hoofdstuk | 21 | Diversen | 2 | 2 | 3 | 2 | 48,95% |
Kostendekking Titel 1 | 296 | 137 | 433 | 349 | 80,76% | ||
Titel 2 Fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning | Dir. Kst | Loon | Overhead | Baten | Dekking | ||
hoofdstuk | 2 | Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag | 1 | 1 | 1 | 1 | 77,85% |
hoofdstuk | 3 | Omgevingsvergunning | 198 | 170 | 369 | 364 | 98,82% |
hoofdstuk | 8 | Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten | 1 | 1 | 3 | 1 | 22,37% |
Kostendekking Titel 2 | 201 | 172 | 373 | 366 | 98,16% | ||
Titel 3 Europese dienstenrichtlijn | Dir. Kst | Loon | Overhead | Baten | Dekking | ||
hoofdstuk | 1 | Horeca | 4 | 4 | 8 | 2 | 26,80% |
hoofdstuk | 2 | Organiseren evenementen of markten | 13 | 12 | 25 | 5 | 17,88% |
hoofdstuk | 6 | Brandbeveiligingsverordening | 0 | 0 | 0 | 0 | 0,00% |
hoofdstuk | 7 | In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking | 0 | 0 | 1 | 1 | 68,16% |
Kostendekking Titel 3 | 18 | 17 | 34 | 7 | 21,27% |
Begraaf- en grafrechten
Grafrechten worden geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor verleende diensten van de gemeente in verband met de begraafplaats. Daarbij mogen de baten niet hoger zijn dan de kosten. Het tarief mag maximaal 100% kostendekkend zijn.
Markten en kermissen
De staangelden voor markten zijn structureel lager dan de raming die hiervoor is opgenomen. De kermisgelden zijn gelijk aan de raming.